×

Sevagram

Bijzondere verhalen van onze vrijwilligers. Hun gedrevenheid om iets te kunnen betekenen voor onze bewoners, hun levensverhalen die wij graag delen. Want deze vrijwilligers zorgen juist voor dat stukje meer welzijn of aandacht...

Jan Rozestraten: met bijna honderd jaar de oudste vrijwilliger

[artikel Sevazine juli 2022]

Jan Rozestraten is 99 jaar en daarmee de oudste nog actieve vrijwilliger bij Tobias. Op zijn respectabele leeftijd is hij nog steeds voorzitter van de bridgeclub en ondersteunt hij de priester die wekelijks de eredienst verzorgt.

“Tot het moment dat we te maken kregen met corona”, nuanceert hij direct. Zijn echtgenote Sophie Odekerken serveert ondertussen koffie en komt er belangstellend bij zitten.

“Vanwege alle beperkende maatregelen heeft die viering niet meer plaatsgevonden, evenals het bridgen. Sophie en ik hebben die opgelegde pauze overbrugd door elke week twee middagen thuis te bridgen met vrienden. Dat was minstens zo fijn.”

Jan was aanvankelijk boekhouder bij Waaifoort en Opel-dealer Canton Reiss. Later ging hij aan de slag als procuratiehouder bij het voormalige Volkswagengaragebedrijf Vencken, het tegenwoordige Wealer. Daarnaast runde hij samen met Sophie hun verzekeringskantoor Tresor, gespecialiseerd in autoverzekeringen.

“We hebben altijd hard gewerkt”, herinnert hij zich. “Elke dag van de week tot ’s avonds laat, op de weekends na. Die waren bestemd voor onze vier kinderen. We hebben een rijk leven gehad ondanks lange werkdagen die de nodige energie opslorpten.

In 1989 heb ik na veertig jaar dienstverband ontslag genomen. De directe aanleiding daarvoor was de onverwachte en plotselinge dood van mijn oudste broer. Hij was een van de twee paters Franciscanen uit het katholieke gezin waarin ik opgroeide. Hij zat nog vol plannen die door zijn overlijden als sneeuw voor de zon smolten. Dat zal mij niet gebeuren schoot door mijn hoofd, ik stop ermee.”

Op de Nobel

Na zijn arbeidzame leven bouwde Jan Rozestraten een actief vrijwilligersbestaan op. Om te beginnen als voorzitter van de VVE in het appartementengebouw waar hij met zijn vrouw woont. Daarnaast zette hij in de Verpleegkliniek Heerlen een luisterlijn op waar mensen konden inbellen die antwoorden zochten op vragen en problemen waar ze geen weg mee wisten.

“Verder heb ik in Op de Nobel maaltijden mee verzorgd voor alleenstaanden en eenzame Heerlenaren met kleine inkomens.

Zij konden er tegen een geringe prijs eten en na afloop samen zijn en met elkaar kletsen of spellen spelen. We hebben zelfs maaltijden thuisbezorgd in die tijd.”

​Goed voor de conditie

Daar bleef het echter niet bij. Eens actief in Tobias kwam Jan in contact met ouderen – negen in totaal - die hulp en bijstand nodig hadden op sociaal en financieel vlak. Hij kwam bijvoorbeeld in aanraking met mensen die torenhoge schulden hadden bij Wehkamp, het postorderbedrijf.

“Ik heb hen geholpen om daar vanaf te komen, vaak met veel moeite. Ze verbleven hoofdzakelijk in Huize Tobias. Toen een van hen naar een locatie in Valkenburg verhuisde, ben ik hem elke week gaan opzoeken. Per fiets! Dat was voor mijn conditie overigens meegenomen, omdat ik zo de broodnodige beweging kreeg.”

Een minder plezierig voorbeeld is dat van een dame die Jan wekelijks herhaaldelijk belde om hem te vragen langs te komen. “Op den duur werd dat behoorlijk vervelend”, herinnert hij zich. “Ik ging er op haar verzoek de zoveelste keer naartoe, belde aan en wachtte tot ze open maakte. Tot mijn verbijstering stond ze poedeltje naakt voor me, ze verwachtte de fysiotherapeut.”

Ring of spaarbankboekje?

Goede herinneringen daarentegen bewaart hij aan de voormalige eigenaar van een Aziatische suikerfabriek.

“Een bijzonder aardige bejaarde man die kleurrijk kon verhalen over zijn leven en werk in Indonesië. Ik las hem altijd voor, de titel van het boek herinner ik me niet meer. Hij was mijn negende cliënt.

Toen hij stierf, ben ik met dit werk gestopt. Behalve het op orde brengen van geldzaken moest ik naast andere zaken wel vaker uitvaarten regelen en alles wat daarbij kwam kijken. Of met nabestaanden in overleg over de verdeling van de erfenis die vader of moeder nalieten.

Dat waren niet altijd gemakkelijke en fijne gesprekken. Ik weet nog als de dag van gisteren dat zoonlief de ring van zijn moeder stiekem achter had gehouden en die niet terug wilde geven. Die ring was bestemd voor een vrouw die jarenlang de overledene geheel belangeloos had bijgestaan. Pas toen ik hem voorstelde het sieraad te ruilen voor een spaarbankboekje met daarop een kleine duizend gulden tegoed ging hij overstag. Zo kwam die ring uiteindelijk toch bij de persoon terecht die er moreel gezien het meest recht op had.”

Positief gevoel

Jan, die nog niet zo lang geleden met Sophie hun zeventigjarig (!) huwelijk vierde en de pater familias is van 31 kinderen en (achter)kleinkinderen, is van mening dat vrijwilligerswerk noodzakelijk is.

"Niet alleen voor de mensen die erdoor zijn geholpen", betoogt hij met nadruk. “Je kunt zo iets teruggeven aan de maatschappij. Ik ben dankbaar dat ik dit alles kon en mocht doen, want je inzetten voor een ander geeft voldoening. Ik houd er bovendien een positief gevoel aan over als ik dienstbaar kan zijn aan een medemens. Zolang ik er de energie voor heb en het fysiek aankan, zal ik mijn beide bridgeclubs in Tobias en De Valk blijven voorzitten. En als diaken de geestelijke assisteren die elke week de H. Mis komt doen. Bijvoorbeeld door het voorlezen van de lezingen. Ik had zo’n duidelijke en goed verstaanbare stem vond men. Maar wat wil je? Ik ben geboren en getogen in Aerdenhout bij Bloemendaal. Daar wordt veruit het beste Nederlands gesproken, toch?”

Terwijl hij dit zegt speelt een ironisch glimlachje om zijn mond en glinsteren zijn ogen van pret om deze stoutmoedige opmerking. En wees eerlijk: wie zijn wij om dáár tegenin te gaan?   

0900 777 4 777

+