“Nadat mijn moeder overleed ben ik dat blijven doen”, vertelt ze. “Waarom? Omdat ik het leuk werk vind en ik er plezier aan beleef. Ik krijg er een goed gevoel door. Het is werk dat voldoening geeft, ik krijg er veel voor terug. Los van het feit natuurlijk dat de zorg blij is met alle handjes hulp die ze van ons ontvangen. Ze laten geregeld merken dat ze oprecht blij met ons zijn.”
Wafels bakken
Toen in 1998 een vacature openstond voor een medewerkster in het toenmalige restaurant van Valkenheim aarzelde Ans geen moment. Hoewel haar moeder er destijds woonde en zij als mantelzorger en vrijwilliger actief was, solliciteerde ze meteen.
“De langste tijd van mijn dienstverband heb ik doorgebracht in Valkenheim, later tot aan mijn pensionering in Fonterhof. Altijd in de Gasterie. Ik vond het fijn werk, heb het steeds met plezier gedaan.”
De laatste twee jaar waren voor Ans overigens minder fortuinlijk, horen we. Door een val van het aanrecht brak ze haar hak, tot overmaat van ramp kwam daar een gebroken pols bij. Opnieuw vanwege een ongelukkige valpartij. Daardoor belandde ze langdurig in de lappenmand. In een periode dat het er door corona en de watersnood in Valkenburg toch al niet beter op werd. Desondanks zette ze haar vrijwilligersactiviteiten voort nadat ze met pensioen ging.
“Wat ik doe? Goh, van alles eigenlijk. De medewerkers helpen met hand- en spandiensten zoals de tafels dekken en afruimen of bewoners helpen tijdens het eten. Het fijnste vind ik zelf de activiteiten met de bewoners. Bijvoorbeeld spelletjes doen, puzzelen, een wandeling maken in de omgeving, een terrasje pakken als het mooi weer is. Wafels bakken vind ik ook hartstikke leuk, net als knutselen, een film samen kijken of ‘gewoon’ koffie drinken en een stukje vlaai eten.”
Discjockey van dienst
Haar specialiteit is ‘plaatjes draaien’, zoals ze dat zelf noemt. Thuis staan twee jukeboxen, de platencollectie overstijgt de vierduizend. Net als haar man Ger is Ans begeesterd door muziek. “Hij was verschillende keren in Amerika, naar concerten van de Rolling Stones bijvoorbeeld. Zelf ben ik wel 25 keer bij Vicky Leandros geweest, ik heb zelfs een keer champagne met haar gedronken. En binnenkort ga ik naar een concert van Ilse de Lange, die vind ik erg goed.
Voor Valkenheim neem ik een draagbaar pick-upje mee en een koffer met grammofoonplaten, singletjes en elpees. Dan ben ik een middagje de discjockey van dienst.
Qua muziek moet je vooral denken aan wat de mensen leuk vinden. Van Elvis Presley tot Chubby Checker, van schlagers tot smartlappen en carnavalsmuziek tot country en rock. Breed en gevarieerd dus, het ‘publiek’ bepaalt wat op de draaitafel belandt. Ik ben er vooral voor hen en een beetje voor mezelf. En geloof me, er wordt enthousiast meegezongen, geregeld gaan zelfs de voetjes van de vloer. Een beetje stijf en stram, maar toch.”